Over dertig (unieke) mensen

Er waren 30 mensen in het lokaal,

ik was er één van.


Er waren verschillende groepjes,

vijf groepjes in totaal.

Maar ze bestonden niet uit zes keer vijf.


De negen mensen die zich alternatief noemen,

maar wel precies dezelfde soort kleding dragen,

en toevallig allemaal roken

én op dezelfde manier praten.

Als groep zijn ze uniek,

maar als individu gedragen ze zich niet zo uniek. 


Er waren ook vier meiden

die druk bezig waren met hun uiterlijk:

‘oh, m’n wimpers!!’ 

Ze zijn eigenlijk net zo onzeker als ik, 

maar dat wordt verborgen achter dure merken 

en gepraat over alles wat ze hebben. 

Alsof wat je hebt gelijkstaat aan wie je bent. 

En dat dan geldt: als je meer hebt, dan ben je meer waard. 

Vreemd is dat.


Naast hen zaten twee jongemannen, 

ze waren onverstoord bezig met het schrijven van code. 

Ze hadden er heel veel lol in,

het was aandoenlijk om te zien.


Dan waren er nog tien jonge vrouwen,

ze waren bezig met het bespreken

van de enkele herinneringen

die ze nog hadden van Koningsdag. 

Conclusie: er waren meer foto’s

dan actieve herinneringen. 


Er waren ook nog vier meiden

die alleen maar aan het praten waren in afko’s: 

‘ja, hij heeft lett gezegd dat hij geen rela wil…!!’,

en dan die blikken van afgrijzen.

Afgrijselijk taal.

Al vielen we over een ander punt.


Alle 29 hadden ze een ding gemeen:

ze hadden hun werk niet gedaan.


Er waren 30 mensen in het lokaal,

en ik was er één van,

ik was alleen.


Of nou ja niet helemaal alleen:

ik had m’n werk bij me.

Heb je naar aanleiding van dit artikel een vraag of een opmerking?

Dan mag je altijd een berichtje via Instagram DM sturen. Liefs, Jinte